Kabinet presenteert Nationale Omgevingsvisie voor de inrichting van Nederland
De ministerraad heeft op voorstel van minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Met de NOVI geeft het kabinet richting aan de grote opgaven die de inrichting van ons land de komende dertig jaar ingrijpend zullen veranderen. Denk aan het bouwen van ongeveer 1 miljoen nieuwe woningen, ruimte voor opwekking van duurzame energie, aanpassing aan een veranderend klimaat, ontwikkeling van een circulaire economie en omschakeling naar kringlooplandbouw. Alles met zorg voor een gezonde bodem, schoon water, behoud van biodiversiteit en een aantrekkelijke leefomgeving.
Minister Ollongren: “De Nationale Omgevingsvisie (NOVI) gaat over de vraag hoe we de beschikbare ruimte in Nederland morgen en overmorgen zo goed mogelijk blijven benutten. Daarbij moeten we rekening houden met de bouw van veel nieuwe woningen, goede bereikbaarheid en de energietransitie. Dat lukt alleen als we dat in samenhang doen. Het Rijk neemt de regie, maar we geven ze vervolgens vorm samen met provincies, steden en maatschappelijke organisaties.”
Woningbouwlocaties ontwikkelen in Stedelijk Netwerk Nederland
De NOVI stuurt op de ontwikkeling van het Stedelijk Netwerk Nederland; een goed bereikbaar netwerk van steden en regio’s met een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Niet alleen gericht op de Randstad, maar op het potentieel van heel Nederland. Uitgaande van de ambities en mogelijkheden van onze steden en regio’s. De locaties worden zoveel mogelijk ontwikkeld binnen bestaand verstedelijkt gebied. Dit ter versterking van de agglomeratiekracht, de bereikbaarheid en behoud van open landschap. Er zijn veertien gebieden geïdentificeerd waar het Rijk samen met andere overheden meer regie wil nemen op grootschalige woningbouw en bereikbaarheid. Bijvoorbeeld diverse gebieden in de Metropoolregio Amsterdam, Metropoolregio Utrecht, Zuidelijke Randstad, Groningen en Eindhoven en de spoorzones in Zwolle en Nijmegen.
Voor het op gang brengen en houden van de woningbouw gaat het kabinet een aanvullend pakket aan maatregelen voorstellen zodat versneld uitvoering gegeven kan worden aan de bouw van betaalbare woningen in een kwalitatief goede leefomgeving op diverse locaties. Ook komt er extra capaciteit en deskundigheid beschikbaar om de procedures voor gebiedsontwikkeling en woningbouw te versnellen. Daar waar relevant wordt die expertise ook voor de NOVI-gebieden ingezet.
Urgente opgaven aanpakken in NOVI-gebieden
Om verschillende urgente opgaven voor gebieden integraal op te pakken zijn acht voorlopige NOVI-gebieden aangewezen. Dit zijn gebieden waar verschillende grote, complexe opgaven spelen. Het gaat onder meer om de havengebieden van Amsterdam en Rotterdam. Hier wordt gewerkt aan kansen voor CO2-arme bedrijvigheid, combinaties van havenactiviteit, duurzame energieopwekking, wonen en natuur. In de landelijke gebieden De Peel en het Groene Hart gaat het om een zorgvuldige invulling van de complexe opgaven, zoals waterbeheer en toekomstbestendige ontwikkeling van de landbouw. In de regio’s Groningen en Zwolle speelt vooral de aanpak van energie- en klimaattransitie in relatie tot de verstedelijking. Zuid-Limburg en de Zeeuws-Vlaamse Kanaalzone zijn eveneens voorlopig NOVI-gebied. Hier worden, samen met het Rijk, grensoverschrijdende kansen voor economie, wonen en duurzaamheid benut.
Inrichten van Nederland met oog voor omgevingskwaliteit
Nieuwe ontwikkelingen vragen om zorgvuldige ruimtelijke inpassing met oog voor omgevingskwaliteit. Het realiseren van 95% CO2-reductie in 2050 is bijvoorbeeld een enorme opgave. Om het ruimtebeslag van de duurzame energieopwekking op land te beperken, zet de NOVI daarom bijvoorbeeld in op een zo groot mogelijk aandeel van wind op zee, een geclusterde inzet met een hoog rendement van wind op land en een voorkeur voor zonne-energie op daken.
Werken aan een toekomstbestendig landelijk gebied
De klimaat- en de stikstofproblematiek maken duidelijk dat onze natuur, het landschap en de ontwikkeling van de landbouw onder druk staan. De NOVI geeft richting aan een toekomstige ontwikkeling van een landelijk gebied waar het prettig wonen, werken en recreëren is.
Uitvoering NOVI
Samen met de NOVI wordt een uitvoeringsagenda gepresenteerd. Hierin is beschreven hoe het Rijk, samen met alle betrokken overheden en andere partijen, uitvoering zal geven aan de Nationale Omgevingsvisie. Bijvoorbeeld: Programma Energiehoofdstructuur, Programma Gezonde Leefomgeving en het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Doorvertaling van de NOVI naar regionale aanpakken wordt beschreven in Omgevingsagenda’s en regionale verstedelijkingsstrategieën. Elke vier jaar wordt inzichtelijk gemaakt wat de ontwikkelingen zijn, wat de voortgang van de uitvoering is en of aanpassingen in beleid en aanpak noodzakelijk zijn.
NOVI en de Omgevingswet
De Nationale Omgevingsvisie (NOVI) is een instrument van de nieuwe Omgevingswet en loopt vooruit op het moment dat die wet in gaat. Tot die tijd geldt de NOVI als structuurvisie onder de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Zodra de Omgevingswet in gaat, zal de NOVI gelden als instrument, zoals in de nieuwe wet is bedoeld.
De Omgevingswet
De Omgevingswet is één wet die alle wetten voor de leefomgeving bundelt en moderniseert. De Omgevingswet staat voor een goede balans tussen het gebruik maken en beschermen van de fysieke leefomgeving. ‘Ruimte voor ontwikkeling en waarborgen voor kwaliteit’ is het motto. De nieuwe wet zorgt voor:
minder regels;
overzichtelijke regels;
een samenhangende benadering van de leefomgeving;
ruimte voor lokaal maatwerk;
betere en snellere besluitvorming.
Gemeenten, provincies en het Rijk worden vanuit deze nieuwe wet verplicht om een omgevingsvisie op te stellen. Het is de bedoeling dat daardoor het beleid op het gebied van de fysieke leefomgeving meer met elkaar te maken krijgt, meer op elkaar aansluit. Om te zorgen dat de nationale, provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies goed op elkaar aansluiten en elkaar versterken, komen de onderwerpen bij elkaar in zogenoemde Omgevingsagenda’s.
Comments